Edmund Hebermann uit Berlijn vond in 1926 de Berolina pion uit. Dit stuk wordt ook vaak bij sprookjesschaak gebruikt.
Dit spel is heel populair geweest in veel groepen die schaakvarianten spelen.
Het spel wordt genoemd in Pritchard's Encyclopedia of Chess Variants. Pritchard noemt het spel "heel origineel".
De beweeglijkheid van de pionnen is groter maar hun kracht om te slaan en te verdedigen is kleiner.
Regels
De FIDE-regels gelden met volgende uitzonderingen/aanvullingen
De pionnen bewegen 1 veld diagonaal vooruit en slaan 1 veld recht vooruit. Bij de eerste zet mogen pionnen 2 velden diagonaal vooruit. En-passant slaan is mogelijk: bijvoorbeeld zwart heeft een pion op b4. Wit zet de een pion van a2 naar c4. De zwart pion kan dan de pion slaan door naar b3 te gaan.
De openingsstelling bij Berolina is als bij gewoon schaak. Alleen zetten alle pionnen nu als Berolina pionnen.
Geschreven door: Jos Jansen of Lorkeers en Hans Bodlaender.
WWW pagina gemaakt: maandag 10 februari 2003.